zaterdag 8 oktober 2022

Schaamte

 In 1992 ben ik begonnen met de eerste biertaxi van Nederland. ´s Avonds laat en gedurende de nacht bier bezorgen bij de mensen aan huis in Dordrecht en soms ook Zwijndrecht. Met daarbij als extra "hoofdpijnpoeder." Niet Dicht heet het bedrijf. Folders laten ontwerpen en dan in de nacht rondrijden om die in de bus te doen van huizen waar op dat moment het licht brandt. Ook wil ik tv-reclame maken en ik neem dan ook contact op met het lokale tv-station De Trom. Een afspraak is snel gemaakt en 3 dagen later staat een colporteur in een net pak voor mijn deur in de Stadspolders. Meteen valt me op dat zijn gulp open staat. Wijd open. Ik doe net alsof ik het niet zie om de man geen gezichtsverlies te geven en we hebben een goed gesprek over het afsluiten van een contract voor reclame. Maar al die tijd speelt door mijn hoofd dat de man zijn gulp open staat. Een man die duidelijk moeite heeft genomen om serieus over te komen door een net pak aan te trekken. Concentreer je Erik, denk ik, gewoon in de ogen blijven kijken en de absurditeit van de situatie verdringen. Terwijl ik dit denk, enigszins geamuseerd over de man in wat onbestemd leedvermaak, valt mijn oog op mijn salontafel waar wij tweeën om gecentreerd zijn. Ook ik ben niet zonder zonden, want er staat pontificaal een schoteltje met cocaïne. Zou die man dat gezien hebben? Zelf doe ik alsof mijn neus bloedt. Als hij het gezien heeft is het te laat en kan ik het net zo goed laten staan. Of hij ziet het niet en dan kan ik beter de coke maar laten staan want als ik het weghaal dan merkt hij het zeker op. De man kan minstens net zo goed toneelspelen als ik want ik zie geen enkel teken bij hem, niet in zijn stem of een terloopse oogblik, dat hij het schoteltje heeft gezien. Uiteindelijk staan we op en met een handdruk nemen we afscheid. 



Deze vrijdag is het mijn beurt. Ik heb een afspraak met Cees, mijn bewindvoerder. Normaal loop ik in mijn appartement in Delfshaven in een joggingbroek maar speciaal voor deze ontmoeting  heb ik een spijkerbroek aangetrokken. Wanneer Cees er is ontvouwt een leuk en geanimeerd gesprek waarbij we zoveel kletsen dat ik af en toe regelmatig een slok water moet nemen omdat ik last krijg van een droge mond. Het moment suprême is altijd als Cees en ik gaan onderhandelen over mijn uit te geven budget. Soms krijg ik 20 euro, soms meer. Vandaag probeer ik geld los te krijgen om een nieuwe trui te kopen. Cees merkt terloops op dat ik ook een nieuwe broek nodig heb. Even schiet de gedachte door mij heen dat ik wel broeken heb maar dat die inderdaad nogal versleten zijn, maar de trui verkrijgen is het hoofdonderwerp. En in mijn lichtautisme, zoals gediagnostiseerd door mijn vroegere collega's van de reclassering, ga ik ook gewoon door met mijn verzoek om financiële steun voor het kopen van een trui. Anders dan normaal ben ik niet zo gemotiveerd. De armoede begint te wennen. Ik draag ook al jaren tweedehands truien van de Kledingbank en daar ben ik best tevreden mee. Die ochtend heb ik al een afspraak gemaakt met Alice, mijn woonbegeleidster van de Nico Adriaan Stichting, om weer eens langs te gaan daar. Ik heb dan ook geen succes bij Cees. Maar maak je niet meteen zorgen mensen, ik krijg wel extra geld voor boodschappen. Toch de prioriteit voor vandaag, en morgen, en overmorgen. 

Cees moet weg. De man heeft het druk. Druk is goed zeg ik altijd. En met een handdruk nemen we afscheid. Het beloofde extra geld is binnen en ik kleed me om, voor de boodschappen te gaan doen. Ja, en dan komt het. Er zit me toch een scheur in mijn spijkerbroek die ik het hele gesprek heb aangehad. Tjongejongejonge. Heb ik nou de hele tijd zo tegenover Cees gezeten? En ik begrijp dat Cees dezelfde beslissing heeft genomen als ik ooit met de man met de open gulp. Net doen alsof je niets merkt om me geen gezichtsverlies of erger nog schaamte te geven. 

Ik kijk even naar mijn broek met de scheur. Begrijp nu de terloopse opmerking van Cees over een nieuwe broek kopen. En maak me er voor de rest niet druk over. Het moment ligt achter me. Is niet te herstellen dus het heeft geen zin. En Cees heeft me niet het gevoel gegeven dat ik me moet schamen. Andere broek aan en hup, op naar de supermarkt. Chips kopen staat op het menu. 

Het absolute dieptepunt is als ik in Milaan rondloop als dakloze. Door het aangekoekte vuil valt mijn kleding uit elkaar en ben ik naakt. Dit gebeurt op het politiebureau en een behulpzame, of grappige, politieagent pakt een vuilniszak, maakt daar nog 3 extra gaten in, en geeft die aan mij. En zo loop ik even later, slechts gekleed in een vuilniszak, zelfs geen hoed van Edgar Vos op, door Milaan. Die situatie heeft maar een half uur geduurd want als ik een bouwterrein passeer word ik geroepen door bouwvakkers die mij de gelegenheid geven om te douchen en mij daarna kleding geven om aan te trekken. Waarvoor grote dank. Gelukkig zijn alleen een handvol Italianen van dit desperate moment getuige geweest en weet niemand in Nederland hiervan.  

Er zijn weinig situaties waarin ik me schaam. Wel dingen die ik achteraf beter had kunnen doen. Waarin ik weer eens als een bulldozer de situatie heb afgehandeld en dat wel met wat meer tact had kunnen doen. Achteraf.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten